Een patiënt die een behandeling met intensieve chemotherapie ondergaat, krijgt soms selectieve darmdecontaminatie (SDD)-medicatie voorgeschreven, vooral wanneer verwacht wordt dat de afweer lange tijd gestoord zal zijn. Hierna wordt beschreven wat SDD-medicatie inhoudt, waaruit deze medicatie bestaat en waarom het zo belangrijk is deze medicijnen goed in te nemen. Decontaminatie is een ander woord voor ontsmetting. We spreken van selectieve darmdecontaminatie omdat deze maar een aantal soorten bacteriën in de darmen doodt.
Wat is SDD?
Als gevolg van de behandeling met chemotherapie zal het aantal witte bloedlichaampjes sterk verminderen. Hierdoor ontstaat een verminderde afweer tegen infecties. De patiënt is in deze periode vatbaarder voor bacteriën, virussen en schimmels. De bacteriën die in het maagdarmkanaal bij iedereen aanwezig zijn, kunnen bij een verminderde afweer infecties geven. Om te voorkomen dat men ziek wordt van deze bacteriën, wordt voordat men met de chemotherapie start begonnen met SDD-medicatie.
Gebruik SDD-medicatie
De SDD-medicatie kan bestaan uit verschillende combinaties van antibioticatabletten, zuigtabletten of een drankje. Als men een drankje krijgt, moet men dit viermaal daags, nadat men de tanden heeft gepoetst, door de mond spoelen (zonder kunstgebit) voordat men het doorslikt. Dit is om het aantal bacteriën in de mond te verminderen. In plaats van dit drankje kan een zuigtablet in combinatie met een tablet of een capsule worden voorgeschreven. Op het zuigtablet dient minimaal 10 minuten te worden gezogen om deze zo goed mogelijk te laten werken.
Om de kans op infecties zo klein mogelijk te maken is het belangrijk dat de patiënt de medicatie goed inneemt. Om te zien of de medicatie effect heeft, wordt één keer per week (maandag) een keeluitstrijkje en een kweek van de ontlasting afgenomen. Op deze dagen wordt de patiënt dan ook verzocht de ontlasting op de po te doen.