Datum laatste herziening: 18-4-2014
Hematologische ziekten zitten overal en zijn dus bij uitstek een goed doelwit voor cytostatica
Waarom wordt chemotherapie in kuren toegediend?
Belangrijkste bijwerkingen van cytostatica
Belangrijkste cytostatica en andere celdodende medicijnen
Checklist: wat u moet doen als u chemotherapie gaat krijgen
Chemotherapie is een verzamelnaam voor therapie (behandeling) met celdodende medicijnen, ook wel cytostatica genaamd. Het zijn medicijnen die in staat zijn kankercellen te doden tijdens hun groei of hun celdeling kunnen remmen. Ze worden toegediend via een infuus rechtstreeks in de bloedbaan (intraveneus), via onderhuidse injecties (subcutaan), via injecties in de ruimte bij het ruggenmerg (intrathecaal) of kunnen als tabletvorm, poeder, capsule of drank (oraal) ingenomen worden. Na inname worden deze middelen vanuit het darmstelsel opgenomen in het bloed, waar ze actief kunnen worden. In alle gevallen zullen cytostatica hun effecten uitoefenen op het gehele lichaam. Hierdoor onderscheidt chemotherapie zich van andere kankerbehandelingen zoals chirurgie of bestraling, die meer plaatselijk werken.
Er zijn tientallen soorten cytostatica, die grotendeels op verschillende manieren werken. Vaak worden meerdere soorten in combinatie gebruikt, zodat hun werking elkaar kan versterken. Vanzelfsprekend mag dit niet gepaard gaan met een versterking van de bijwerkingen. De combinaties hebben meestal een naam die is afgeleid van de eerste letter van elk individueel middel. Zo kennen we de aloude bekende MOPP-kuur (afgeleid van de vier middelen Mitoxine, Oncovin, Procarbazine en Prednison), CVP (Cyclofosfamide, Vincristine, Prednison) of DHAP (Dexamethason, High dose Ara-C, Platina). Het is duidelijk dat de letter P hier voor verschillende middelen ingezet kan worden (voor Prednison, voor Procarbazine en voor cisPlatina); de afkorting alleen is dus niet voldoende om te weten hoe iemand behandeld zal worden. Om het nog moeilijker te maken worden dezelfde cytostatica soms ook met verschillende namen aangeduid (bijvoorbeeld vincristine en oncovin door elkaar), afhankelijk van het feit of de originele stofnaam gebruikt wordt (de V van vicristine) of de naam die de farmaceutische industrie eraan gegeven heeft (de O van oncovin). Zo wordt met chloorambucil en leukeran hetzelfde bedoeld, evenals met cyclofosfamide en endoxan.
Hematologische kwaadaardige aandoeningen zijn in hun aard vaak uitgebreid en hebben sterk de neiging zich over het hele lichaam uit te breiden. De meeste vormen zijn afgeleid van de normale tegenhangers in bloed, beenmerg en lymfklieren en hebben daarom ook de voorkeur zich daar op diverse plaatsen in het lichaam te nestelen. Dit is dan ook de reden dat juist hematologische kankers bij voorkeur als eerste met cytostatica behandeld moeten worden in plaats van met bestraling of een operatie. Dat neemt niet weg dat naast chemotherapie ook radiotherapie belangrijk is bij de behandeling van hematologische kwaadaardige ziekten. Er zijn veel behandelingsschema's, waarbij na afloop van chemotherapiekuren nog een behandeling volgt met bestraling, omdat daarmee de kans op een recidief (terugkomst) van de ziekte verminderd wordt.
Chemotherapie wordt meestal gedurende een aantal weken of maanden achtereen toegepast. De middelen worden dan in de vorm van
kuren toegediend, waarbij elke kuur een vaste tijdsperiode betreft: meestal een aantal weken, bestaande uit een aantal dagen chemotherapie
(variërend van 1 tot wel 14 dagen achtereen), gevolgd door een aantal rustdagen. Bij elke kuur zal een deel (een bepaald percentage)
van de kankercellen gedood worden, met tussendoor soms enige hergroei, gevolgd door de volgende klap, net zo lang tot de laatste
kwaadaardige cel is uitgeschakeld (dia 3). Omdat kankercellen tijdens de groei extra gevoelig zijn voor chemotherapie, is het belangrijk hen in een groeifase te houden,
hoe tegenstrijdig dat ook lijkt!
Invloed van de kuren op normale cellen en kankercellen
Chemotherapie doodt niet alleen kankercellen, maar tast helaas ook normale weefsels aan. Daarom moet ervoor gezorgd worden dat deze normale cellen (zoals de beenmergcellen en weefsels van het maagdarmstelsel) weer kunnen herstellen. Gelukkig zijn normale weefsels meestal sterker dan kankercellen en zullen die kunnen uitgroeien na elke kuur, terwijl de kankercellen dat hopelijk veel minder goed doen.
Dat is dan ook het idee achter dit type kuurschema's: steeds een klap uitdelen aan het kankerweefsel, waarna de normale weefsels kunnen herstellen tijdens de rustperiode. De duur van elke kuur en de duur van de rustperiode tussen de cytostaticadagen in verschilt per kuurschema. Het ene cytostaticum werkt kort en heftig, het andere werkt juist lang door en vereist een groter rustinterval voordat de volgende kuur weer gegeven kan worden. Sommige kuren moeten in het ziekenhuis gegeven worden, andere kunnen volledig poliklinisch toegediend worden.
Ieder cytostaticum heeft zijn eigen bijwerkingen. Wanneer een kuur bestaat uit verscheidene cytostatica, is het vanzelfsprekend belangrijk om op de hoogte te zijn van de bijwerkingen van de individuele middelen in zo'n schema. Iedereen reageert overigens verschillend op de bijwerkingen: sommigen hebben veel meer last dan anderen terwijl precies dezelfde hoeveelheid is toegediend. Deze variatie heeft waarschijnlijk te maken met de individuele manier waarop cytostatica in het lichaam worden geactiveerd en weer afgebroken. Het is niet zo dat wanneer iemand veel bijwerkingen ontwikkeld heeft, de kuur beter heeft gewerkt: de werking en de bijwerkingen staan los van elkaar.
De bijwerkingen van cytostatica kunnen ingedeeld worden in een aantal veelvoorkomende groepen, die hieronder besproken worden. Ook wordt een aantal veel gebruikte cytostatica apart genoemd.
In de volgende tabel zijn de belangrijkste cytostatica en andere celdodende medicijnen weergegeven die worden toegepast in de hematologie. De lijst is alfabetisch gerangschikt op de officiële naam van het product (dus niet de fabrikantsnaam).
Klik hier om de tabel in een apart venster te openen
Naam | Wijze van toediening | Belangrijkste bijwerking | Soort kuur waar dit middel vaak in voorkomt | Bijzonderheden |
---|---|---|---|---|
Adriamycine | Intraveneus | Haaruitval, misselijkheid, slijmvliesirritatie, beenmergdepressie, hartzwakte | ABVD, CHOP, VAD, BEACOPP | Urine kleurt rood; maximum dosis gedurende het leven, anders hartschade |
Alemtuzumab/MabCampath | Subcutaan, intraveneus | Onderdrukking van afweer met infecties, huidafwijkingen | Bij chronische lymfatische leukemie, bij T-non-Hodgkin-lymfoom, bij T-cel-prolymfocytenleukemie | Bescherming met verschillende antibiotica nodig; bloedproducten bestralen |
Arseentrioxide | Intraveneus | Afwijkingen op het ECG (hartfilmpje) | Acute promyelocytenleukemie | |
Asparaginase | Intraveneus | Stollingsstoornissen | Kuren bij acute lymfatische leukemie | |
Azacytidine (Vidaza) | Subcutaan | Beenmergdepressie | Myelodysplastisch syndroom, acute myeloide leukemie bij ouderen | |
BCNU/Carmustine | Intraveneus | Beenmergdepressie | BEAM-kuur voor stamceltransplantatie | Soms pijn bij injectie |
Bendamustine | Intraveneus | Beenmergdepressie | Chronisch lymfatische leukemie, meerdere soorten non-Hodgkin lymfoom | |
Bleomycine | Intraveneus | Koorts, longafwijkingen | ABVD, BEACOPP | Maximumdosis gedurende het leven, anders longschade |
Bortezomib/Velcade | Intraveneus | Moeheid, misselijkheid, darmproblemen, zenuwbeschadiging | Bij multipel myeloom, bij mantelcellymfoom | Aanpassing bij verminderde nierwerking nodig |
Brentuximab Vedotin | Intraveneus | Zenuwbeschadiging | Hodgkin lymfoom en sommige vormen van T cel non-Hodgkin lymfoom | |
Busulfan (Myleran) | Intraveneus of oraal | Beenmergdepressie, kan langdurig zijn | Als onderdeel bij stamceltransplantatie. Zelden als alternatief voor hydroxyureum bij ziekten als polycytemia vera | |
Carboplatin | Intraveneus | Beenmergdepressie, nierbeschadiging (minder dan bij cisplatin), zenuwbeschadiging, oorsuizen, gehoorverlies, zoutverlies met urine | Alternatief voor cisplatin bij patiënten met nierfunctiestoornissen. Zie verder cisplatin | |
Chloorambucil, Leukeran | Oraal | Beenmergdepressie | Bij chronisch lymfatische leukemie, bij folliculair lymfoom | |
Cisplatina | Intraveneus | Beenmergdepressie, nierbeschadiging, zenuwbeschadiging, oorsuizen, gehoorverlies, zoutverlies met urine | DHAP, bij recidief Hodgkin- en non-Hodgkin-lymfoom | |
Cladribine, 2-CDA | Subcutaan, vroeger meestal intraveneus | Beenmergdepressie, onderdrukking van afweer, met risico op infecties | Hairy cell-leukemie, bij mastocytose, zeldzaam bij Langerhanscel histiocytose | Bescherming met verschillende antibiotica nodig; bloedproducten bestralen |
Clofarabine | Intraveneus | Beenmergdepressie, onderdrukking van de afweer | In combinatie met andere middelen bij acute leukemie | Bescherming met verschillende antibiotica nodig; bloedproducten bestralen |
Cyclofosfamide/endoxan | Intraveneus, oraal | Haaruitval, misselijkheid, beenmergdepressie, blaasklachten, aantasting vruchtbaarheid | CHOP, BEACOPP, CVP/COP, CAD, FC(M), stamcelmobilisatie, stamceltransplantatie | Bij hoge dosis blaasbescherming met Mesna |
Cytarabine/Ara C | Intraveneus, subcutaan, intrathecaal | Slijmvlies- en huidirritatie, buikpijn, diarree, oogirritatie, beenmergdepressie, afw. zenuwstelsel | Acute myeloïde leukemie; mantelcellymfoom, BEAM (voor transplantatie) | Oogdruppels voorkomen oogirritatie |
Dacarbazine/DTIC | Intraveneus | Misselijkheid/braken, pijn bij injectie, beenmergdepressie | Onderdeel van ABVD-kuur bij Hodgkin-lymfoom | Stof mag niet in het licht |
Dasatinib | Oraal | Beenmergdepressie, vocht vasthouden, benauwdheid | Chronisch myeloïde leukemie | |
Daunorubicine | Intraveneus | Haaruitval, misselijkheid, slijmvliesirritatie, beenmergdepressie, hartzwakte | Acute lymfatische leukemie | Urine kleurt rood, zie verder adriamycine |
Decitabine | Decitabine | Beenmergdepressie, misselijkheid, braken, diarree | Acute myeloide leukemie bij ouderen | |
Deoxycofor-mycine/Pentostatin | Intraveneus | Beenmergdepressie, onderdrukking van afweer | Hairy cell-leukemie, bij sommige T-celleukemieën | Bescherming met verschillende antibiotica nodig; bloedproducten bestralen |
Depocyt (cytarabine) | Intrathecaal | Hersenvliesirritatie | Verschillende aandoeningen met aantasting van het centrale zenuwstelsel | Combineren met 4 dagen dexamethasontabletten |
Etoposide/VP-16/vepesid | Intraveneus, oraal | Beenmergdepressie, misselijkheid, slijmvliesirritatie, maag-/darmklachten | BEACOPP, CHOEP, BEAM (voor transplantatie) | |
Fludarabine | Oraal, intraveneus | Beenmergdepressie, onderdrukking afweer, moeheid, misselijkheid, aantasting zenuwen | FC of FCM, voor stamceltransplantatie | Bescherming met verschillende antibiotica nodig; bloedproducten bestralen |
Hydroxy-urea, Hydrea | Oraal | Beenmergdepressie, maagdarmklachten, slijmvlies- of huidirritatie | Polycytemie en trombocytose; bij sikkelcelanemie; soms bij acute myeloïde leukemie | |
Ibrutinib | Oraal | Soms diarree en moeheid | Chronische lymfatische leukemie en sommige vormen van B cel non-Hodgkin lymfoom | Tijdelijke stijging van de leukemie of lymfoomcellen die na weken tot maanden weer daalt |
Ifosfamide | Intraveneus | Beenmergdepressie, misselijkheid en braken, haaruitval, bloed in de urine als uiting van blaasbeschadiging | Als onderdeel van kuren bij non-Hodgkin lymfoom | Bij hoge doses risico op blaasbeschadiging. Ter bescherming extra vocht en Mesna nodig. |
Imatinib/Glivec | Oraal | Beenmergdepressie, misselijkheid, vocht vasthouden, krampen/spierpijn | Chronisch myeloïde leukemie | |
Interferon alfa, Intron A, Roferon | Subcutaan | Moeheid, spierpijn, koorts, hartzwakte, afw. zenuwstelsel, somberheid/depressie, beenmergdepressie | Polycytemie en trombocytose; soms bij chronisch myeloïde leukemie | Kan ook in weekdosis met langwerkend preparaat |
Lenalidomide (Revlimid) | Oraal | Huiduitslag, verhoogde tromboseneiging, veroorzaakt aangeboren afwijkingen bij inname tijdens zwangerschap, beenmergdepressie | Multipel myeloom, myelodysplastisch syndroom, sommige vormen van non-Hodgkin lymfoom | |
Melfalan/Alkeran | Oraal | Beenmergdepressie, slijmvliesschade, misselijkheid, diarree | Multipel myeloom, ook bij stamceltransplantatie, BEAM (voor transplantatie) | IJs in de mond tijdens injectie vermindert slijmvliesschade |
Mercaptopurine/purinethol | Oraal | Beenmergdepressie, eetlustverlies, misselijkheid | Onderhoud acute lymfatische leukemie, soms bij acute myeloïde leukemie | Mag niet samen met allopurinol |
Methotrexaat | Intraveneus, intrathecaal, oraal | Beenmergdepressie, slijmvliesirritatie, maag-/darmklachten, nierbeschadiging | Bij kuren voor acute lymfatische leukemie, soms bij non-Hodgkin-lymfoom | Bij hoge dosis tegengif (leukovorin) nodig |
Mitoxantrone | Intraveneus | Zie adriamycine | ||
Nilotinib | Oraal | Huiduitslag en jeuk, misselijkheid en diarree | Chronisch myeloide leukemie | Moet 2 dd ingenomen worden, nuchter, dwz 1 uur voor of 2 uur na een maaltijd |
Ofatumumab (Arzerra) | Intraveneus | Zie rituximab: verhoogde kans op infecties van de luchtwegen | Chronisch lymfatische leukemie, soms B cel non-Hodgkin lymfoom | |
Procarbazine/Natulan | Oraal | Beenmergdepressie, aantasting vruchtbaarheid, eetlustverlies | BEACOPP, MOPP/ABV, ChlOPP | Mag niet samen met alcohol |
Rituximab/Mabthera | Intraveneus | Eerste infuus: lage bloeddruk, koorts | Alleen of met kuur: R-CHOP, R-CVP, veel andere combinaties | |
Ruxolitinib | Oraal | Weinig, soms leverfunctiestoornissen | Myelofibrose | |
Thalidomide | Oraal | Slaperigheid, obstipatie, sombere stemming/depressie, beschadiging zenuwweefsel | TAD, in combinatie met dexamethason of met cyclofosfamide | Strikte anticonceptie vereist gezien risico op aangeboren afwijkingen |
Thiothepa | Intraveneus | Beenmergdepressie | Soms onderdeel als voorbereidingsschema voor allogene stamceltransplantatie | |
Vinblastine/Velbe | Intraveneus | Beenmergdepressie, beschadiging zenuwen, obstipatie | ABVD, MOPP/ABV | Zo nodig uit voorzorg laxantia nemen |
Vincristine/Oncovin | Intraveneus | Beschadiging zenuwen, obstipatie | CHOP, COP/CVP, MOPP/ABV, BEACOPP, VAD | Zo nodig uit voorzorg laxantia nemen |
Van tevoren:
Tijdens de chemotherapieperiode:
Na afloop:
Dankzij de huidige behandelingen is er tegenwoordig een grotere kans om van kanker te genezen. Kanker blijft echter een ingrijpende ziekte. De gevolgen van de ziekte en de behandelingen kunnen het dagelijks functioneren aanzienlijk beperken. Veelgehoorde klachten zijn bijvoorbeeld vermoeidheid, conditievermindering en emotionele instabiliteit.
Het revalidatieprogramma Herstel & Balans wordt op zestig verschillende plaatsen in Nederland gegeven, onder meer ook in het Centrum voor Revalidatie, locatie Beatrixoord. Dit programma is gericht op het verminderen van klachten zoals vermoeidheid, pijn, angst en neerslachtigheid. Daardoor verbetert de kwaliteit van leven.
Een (ex-)patiënt kan aan Herstel & Balans deelnemen nadat de behandelingen tegen kanker zijn afgerond. Bij de start van de revalidatie moet de conditie zodanig zijn dat de persoon zich redelijk kan bewegen en aan het groepsprogramma kan deelnemen. De arts kan de patiënt verwijzen naar Herstel & Balans als de behandeling is afgerond en de kans op herstel aannemelijk is.
Voor uitgebreide informatie kan men terecht op de website van Herstel & Balans. Op deze website is ook de film 'Vandaag een dag, morgen een leven' te zien. In persoonlijke portretten toont de film manieren om met de ziekte en de gevolgen om te gaan. Deze film kan helpen een weg te vinden in het actief verder leven na de diagnose en behandeling.
In de brochure Revalidatieprogramma Herstel & Balans is onder meer informatie over het programma te lezen, de voorwaarden om mee te kunnen doen en de voordelen en kosten ervan.
Het valt niet altijd mee om met een ziekte als kanker om te gaan. Er komt verschrikkelijk veel op je af. Eerst de klap van de diagnose, dan de vaak ingrijpende medische behandelingen. En hoe verder daarna? Hoe ga je bijvoorbeeld om met een veranderd lichaam, met vermoeidheid of een onzeker levensperspectief? Het kan daarom heel wenselijk zijn om na(ast) de medische zorg gebruik te maken van extra ondersteuning door Het Behouden Huys.
Het Behouden Huys is gelegen op het prachtige landgoed De Vijverberg te Haren. Het is een bijzondere plek waar kankerpatiënten en hun naasten onder professionele en vooral ook betrokken begeleiding stil kunnen staan bij de lichamelijke, psychische en sociale gevolgen van hun ziekte. Er is begeleiding mogelijk voor iedereen, ongeacht de leeftijd, ziektefase, prognose of het stadium van het ziekteproces.
Wilt u meer weten, zie dan: behoudenhuys.nl.
De huisarts is een optie, maar vaak is het makkelijker om met het UMCG te bellen, tel 050-3616161, en te vragen naar de dienstdoende hematoloog. Deze heeft immers toegang tot de laatste gegevens, heeft beter inzicht in de gevolgen van de gegeven chemotherapie en heeft ook meer mogelijkheden om aanvullend onderzoek te doen. Het is handig om bij het bellen het patiëntenkaartje bij de hand te hebben met het patiëntennummer (linksboven op het kaartje), dat gebruikt wordt om de gegevens terug te vinden.